De nacht bracht geluiden van gutsende regen, jankende katten
en (zacht) gesnurk. Na de ochtendfile aan de douches en het vriendinnelijk
gevlecht van elkaars haar mochten we ontbijten, zelfs diegenen die stoeften “dat
ze thuis nooit ontbeten”.
Juf Caroline was een even goede verpleegster als
secretaresse en diende stipt de medicatie toe voor of na of tijdens de maaltijd
indien nodig. Bovendien kwam er al eens een extra blaar, schaafwond of blauwe
plek bij of was een placebo-knuffel aangewezen.
Toch wéér een klein beetje geluk met het weer: de meesters-klaarzetters waren kletsnat maar
wij konden redelijk droog aan ons binnen-de-twee-minuten-spel beginnen. En daar zaten duidelijk mannelijke breinen en
handen achter: het héle domein vol gigantische constructies van palen, dozen,
paletten, panelen, katapulten, platen, ladders, tapijten en kruiwagens. We vlogen per koppel van het ene originele
spel naar het andere en moesten zoveel mogelijk binnen de gechronometreerde 2
minuten doen.
U raadt nooit wat je allemaal met ping-pong-balletjes kan
doen: schieten, opvangen, blazen, kontschudden, vérspuwen, rollen, gooien én
pingpongen… Tennisballen kunnen dan weer gelanceerd worden, op een oosters
tapijt vliegen of in olifantslurven veranderen.
David en Clint haalden de hoogste score voor hun blauwe ploeg en samen met het winnend koppel van de andere kleuren mochten ze aan het tornooi beginnen: starten dus met 6 ploegen en per proef één kleur afvallend. Eervolle vermelding toch voor het enige meisjesteam: Lovely en Louise!
Het begon wéér te motregenen maar dat werd door het
enthousiasme nauwelijks opgemerkt toen we ridderlijk ringstaken (bij gebrek aan
paarden vanuit kruiwagens), hoogsprongen met een (Duitse?) punthelm, onze
pijngrens tartten met piercing-wasknijpers en zeer geconcentreerd en
vliegensvlug stokken opvingen. De échte finale werd bokaal-gooien tussen groen
en oranje, nipt voor oranje gewonnen door Davy en Anthony. De medailles werden plechtig door
bloemenmeisje Vicky overhandigd want meester Bernard zocht een “jonge en aantrekkelijke
dame ” dus 50 plussers kwamen niet in aanmerking…
Ondanks de kille vochtigheid waren er alweer véél
vrijwilligers om al die constructies af te breken, los te vijzen en op te
bergen. Als dat geen kampsfeer is… ook
Céline was er steeds als de kippen bij om van alles op te dweilen of voor te
bereiden. Ze kende juf Carolines “materiaalkot” als haar broekzak.
De pot schafte courgettesoep met kokosmelk, héérlijk stevig
na zo’n koude morgen, gevold door echte kampkost: worst met appelmoes en
gebakken patatjes. Meester Guido had een
wokpan ter grootte van een tractorband meegesleurd… Meester Niels kondigde nog
een kampklassieker aan: de PLATTE rust
Geen opmerkingen:
Een reactie posten